Deze website wordt niet langer ondersteund in Internet Explorer. Update hier je browser voor een betere ervaring.
Ik besef het. Met zo een titel neemt een auteur het risico op onbegrip, het risico dat mensen niet eens willen luisteren. Voor hen geef ik vooraf mee. Het is mogelijk én Vlaming te zijn én tegelijkertijd voor een nieuwe Belgische revolutie te pleiten die zich afspeelt in een Europees en mondiaal verhaal.
Het ondenkbare wordt wel degelijk gedacht
Maar eerst naar de dominante realiteit. Vandaag wordt in dit land het ondenkbare wel degelijk gedacht. Laten we splitsen, laten we uiteengaan, laten we dus nieuwe grenzen en scheidslijnen tekenen. Verdeel dat schitterende bouwwerk van de sociale zekerheid, ontmantel het misschien zelfs. En ja, plaats dus ook de Vlaming die in Lierneux woont, de Franstalige in Kampenhout, alle taalgemengde gezinnen waar ze ook wonen, voor de keuze van voortaan alleen maar Vlaming of Waal te kunnen zijn. En wat dan met de Brusselaars, en de rand? Wie zal het zeggen? Welke politicus durft duidelijk maken wie en wat we uit elkaar zullen rukken, en wat we allemaal kapot gaan maken, ook al heeft zich daar nooit een meerderheid voor uitgesproken?
Wat wij allemaal wél weten, is dat de meeste van onze politici, net als hun vele voorgangers, al heel lang alleen nog maar een verdelende logica hanteren. Het is de logica van een staatshervorming waarbij het staatshuishouden steeds verder wordt opgesplitst, de logica van inmiddels al vijf – en straks misschien zes - staatshervormingen sinds 1970.
Wat zullen we antwoorden?
Nu het ondenkbare wordt gedacht, mag er vooral geen onduidelijkheid zijn over de gevolgen wanneer onze politici gevangen blijven in die logica van alleen nog maar te scheiden. Wat zullen we antwoorden aan de zovele taalgemengde gezinnen, zowel van zogenaamde oude als van nieuwe Belgen? Aan de Franstaligen in Vlaanderen? Aan de inwoners van Brussel? Aan de Vlamingen in de faciliteitengemeenten? Luister eens naar die jongeren in het hart van de Ardennen, perfect tweetalig, want Vlaamse ouders en naar school in Marche of Luik: “Ja, wat zouden we nu zijn indien het land zou splitsen? Niet dat we ons die vraag ooit stelden. Maar de gemoedsgesteldheid van het land doet de vraag toch onder de hersenpan belanden. Ben ik nu Vlaming, Waal? Nee, dan maar Brusselaar, om mijn gemengdheid te bewaren.”
Gaan we hen allemaal vertellen dat we het samenleven – ook als Belgen - niet meer georganiseerd kunnen krijgen?
Nog veel meer ondenkbaars wordt gedacht
Zelfs niet langer in stilte wordt er intussen – zeker in Vlaanderen - nog veel meer ondenkbaars gedacht, niet enkel politiek, ook sociaaleconomisch.
Zullen we verbaasd zijn als vooral buitenlandse bedrijven nog minder belasting moeten betalen en gepensioneerden moeten inleveren? Als het sociaal overleg aan de kant is geschoven en werkende mensen hun deel van de koek nog meer zien krimpen? Wat zullen we zeggen aan jongere en oudere werknemers die vogelvrij zijn verklaard omdat ze het moeilijk hebben op de arbeidsmarkt? Hoe zullen we reageren wanneer de aanval wordt geopend op mutualiteiten, vakbonden en sociaal overleg, nochtans de steunpilaren onder goede gezondheidszorg en het principe van een welvaartstaat die om iedereen geeft?
Want dat allemaal is - zeker in Vlaanderen - de inzet wanneer we ons overleveren aan een ideologie van scheiden en van egoïsme die elke voedingsbodem voor solidariteit en welvaart verzuurt.
Van een verdelende naar een verbindende logica:
de utopie van een integraal en solidair federalisme
Sta me toe daartegenover een heel ander verhaal te denken, dat van een nieuwe Belgische revolutie, gevoerd door Vlamingen, Walen, Brusselaars en Duitstaligen zowel in het gewest of gemeenschap waar ze wonen, werken, leven… als gezamenlijk, als Belgen. Die revolutie hanteert geen verdelende maar net een verbindende logica die vertrekt van onderuit. Voor mij is deze utopie van een integraal en solidair federalisme veel aantrekkelijker, en nog realiseerbaar ook, een echte utopie dus, een leidraad om de toekomst vorm te geven.
Waarom inderdaad niet van onderuit ons democratische bestuur organiseren en hertekenen? En vooreerst krachtig het meest nabije en meest democratisch gefundeerde bestuursniveau versterken, dat van de steden en gemeenten? Het is werkelijk ontluisterend om te zien hoe weinig reële bevoegdheden en hoe weinig budget - helemaal anders dan in Noordse landen – wij toevertrouwen aan het gemeentelijke niveau. En nog veel minder, of zelfs helemaal niets, aan nog kleinere entiteiten als wijken of deelgemeenten.
Komen we dan, na de gemeenten, bij de provincies, en vervolgens bij de gewesten en gemeenschappen. Telkens spreken we af wat meest geschikt is om op dat niveau bestuursmatig in goede banen te leiden. En natuurlijk hoort er de bevoegdheid en de verantwoordelijkheid bij om (grotendeels) de nodige middelen te kunnen innen, die goed te beheren en daar verantwoording voor af te leggen.
Wat bindt de Belgen?
Laten we vooral daar niet stoppen, zoals dat het geval is met nu al generaties van federale politici. Want het is voor een goede verstandhouding noodzakelijk om ook overeen te komen wat we best Belgisch organiseren.
Neem de automatische indexkoppeling die werkende mensen laat delen in de welvaart. Veel pleit er voor om deze unieke Belgische verworvenheid samen te verdedigen binnen Europa. Net zo onze sociale zekerheid die vorm geeft aan onze solidariteit. Zeker ook de heel speciale wijze waarop we succesvol onze gezondheidszorg organiseren zodat we op basis van ons mutualisme het oprukken van een ongezond winstprincipe – op kap van de gezondheid van mensen – kunnen verhinderen.
Een echt integraal federalisme huldigt net deze verbindende en solidaire logica die vertrekt van het bestuursniveau dichtst bij de mens, en die zich gaandeweg uitstrekt tot alle andere niveaus. Zo bouwen we een participatieve democratie.
Maar voor het Belgische bestuursniveau weigeren onze Belgische politici al decennia een dergelijke logica te hanteren. Ze willen niet uitzoeken wat ons werkelijk bindt als Vlamingen, Walen of Brusselaars, als Nederlands-, Frans- of Duitstaligen. En zo maken ze een stuurloos land waarin de echte problemen niet worden aangepakt.
Weg met de stuurloosheid: de nieuwe Belgische revolutie
Welnu, onder de vlag van de nieuwe Belgische revolutie maken we komaf met deze stuurloosheid. Wij, de Belgische revolutionairen, maken komaf met alles wat samenleving, planeet, democratie en economie schaadt. En we sturen de economie om het goede leven van en voor allen mogelijk te maken.
Eerst van al schakelen we de perfide dominantie van het geldestablishment uit die onze welvaart scheppende economie en markt bedreigt. We dromen niet langer van publieke en coöperatieve banken, neen, we schuiven hen daadwerkelijk in de plaats van falende grootbanken en verplichten hen samenleving en economie te dienen zodat ze welvaart kunnen creëren voor iedereen.
We ontmantelen niet de sociale zekerheid maar wel het energiemonopolie van Electrabel, ditmaal echt, geen gezever. Zo kunnen we onze energievoorziening eindelijk op duurzame sporen krijgen.
Met alle middelen en mensen bouwen we onze economie om tot een sociaalecologische economie die de draagkracht van de planeet respecteert en welvaart schept voor iedereen.
En werk, werk, werk, voor iedereen die wil werken. We scheppen en garanderen goed werk voor jongeren én ouderen.
Wonen dan: betaalbare en duurzame huizen zijn een topprioriteit.
Koppel trouwens deze twee uitdagingen van werk en wonen aan elkaar, en een schitterende oplossing, zowel economisch, sociaal als ecologisch, ligt zo voor het grijpen. Want beeld u even in dat we de ruim honderdduizend slechte woningen in deze gespleten stad Brussel, een vat vol ongelijkheid, verbouwen tot of vervangen door duurzame woningen: dit betekent werk en inkomen voor tienduizenden werklozen, eindelijk wooncomfort voor honderdduizenden en een immense verlaging van CO2-uitstoot. We sluiten vandaag nog dit pact, een sociaalecologisch pact, voor Brussel, voor Wallonië, voor Vlaanderen, voor België.
Lijf en leden dan. In het belang van onze gezondheid gooien we privéverzekeraars uit onze gezondheidszorg. Ze hebben daar niets te zoeken want die is veel beter indien het hen verboden is winst te maken op de kap van de gezondheid van mensen.
De al jaren groeiende inkomenskloof, door niets gelegitimeerd, dichten we effectief. Hoe dan wel? Doordat de gemiddelde inkomens ten hoogste drie maal kleiner mogen zijn dan de hoogste inkomens. Als grote Japanse bedrijven dit kunnen, waarom wij dan niet? En de laagste inkomens zijn maximaal vijfmaal kleiner.
Iedereen laten we naar inkomen en vermogen fiscaal bijdragen aan onze o zo nuttige publieke goederen, van politie en post tot CO2-arm openbaar vervoer, van onderwijs en cultuur tot voor iedereen even toegankelijke informatiesnelwegen.
We bouwen veel meer economische democratie, niet alleen met sterke organisaties van werknemers en werkgevers, en met het onaantastbare principe van sociaal overleg. Onze ambitie is niet minder dan een hernieuwde krachtige coöperatieve beweging te zien groeien waarmee onze samenlevingen opnieuw greep krijgen op hun economie. Laat ons morgen al beginnen met een nieuwe COOPbank.
En geloof het of niet, we investeren ook in onafhankelijke en betrouwbare media – zoals DeWereldMorgen.be - omdat media, net als onderwijs, gezondheidszorg en cultuur, te belangrijk zijn om volledig over te laten aan commerciële bedrijven.
We halen de utopieën van hun eiland, in de hele wereld
Tot nu waren dit bijna allemaal utopieën, in de betekenis dat ze niet verwezenlijkt konden raken, of dat ze niet langer meer als haalbaar werden beschouwd. De Belgische revolutie van de jaren tien doorbreekt de crisis van de verbeelding en brengt al deze utopieën van het eiland waarheen ze zijn verbannen, of waar ze nooit vandaan zijn geraakt, opnieuw - of eindelijk - naar de wereld.
U kan al raden, neen, u weet wat nu volgt. De verbindende logica van een integraal en solidair federalisme voert ons natuurlijk ook naar Europa, en ver daarbuiten. Jawel, de Belgische revolutie kan, nee, zal de gangmaker zijn van een Europese revolutie. Die zal absolute voorrang geven aan het creëren van een Europa dat sociaal, ecologisch en democratisch is. En heel de economische en financiële architectuur zal daaraan ondergeschikt zijn, een ware Copernicaanse omwenteling. Daarvoor zullen deze revolutionairen bondgenoten zoeken en vinden, onder andere op de puinhopen van al die partijen en bewegingen die in de voorbije decennia hun idealen en utopieën uit het oog zijn verloren.
Overal in de wereld zien we mensen, bewegingen en samenlevingen die deze alternatieven en utopieën najagen, net zoals we ze najagen met de Belgische en Europese revolutie. Zo zullen we waar nodig, voor klimaatverandering en biodiversiteitsverlies, voor financiële crisis en ecologische economie, voor eerlijke jobs en fiscaliteit, voor mondiale inkomensherverdeling en veralgemeende sociale zekerheid, voor politieke en economische democratie, voor mensenrechten en vrede, uiteindelijk het algemene belang ook op het Europese én op het mondiale niveau organiseren.
En aan al wie beweert dat het nastreven van utopieën gevaarlijk is, antwoorden we: “Hadden we dan geen welvaartstaten moeten afdwingen? Geen gelijke rechten voor man en vrouw? Geen betaalde vakantie? Wij hebben de vrijheid om ons samenleven te verbeteren.”
Laten we dus drinken op de Belgische revolutie, niet die van 2011, geen revolutionair moment dus, wel die van de jaren tien, een omwenteling die een lange, volgehouden inspanning vereist. Veel succes.
Dirk Barrez, 25 september 2010 – www.dewereldmorgen.be