Deze website wordt niet langer ondersteund in Internet Explorer. Update hier je browser voor een betere ervaring.

Brief uit Oostende #2

Van 29 juli tot en met 8 augustus is het Theater Aan Zee. Chris Van Camp is in Oostende en stuurt van daar brieven aan deBuren. Vandaag de tweede brief, over Caroline Gennez en 'Hitler is dood'.
Door Chris Van Camp op 4 aug 2010
Tekst
Politiek & samenleving

Van 29 juli tot en met 8 augustus is het Theater Aan Zee. Chris Van Camp is in Oostende en stuurt van daar brieven aan deBuren. Vandaag de tweede brief, over Caroline Gennez en 'Hitler is dood'.


 

Dag Buren, ik weer.

 

Tussen het fietsen door. Heerlijk, de hele stad begint zich stilaan aaneen te rijgen. Zelfs de sluipwegen in de haven en de pleisterplekken van de locale sportievelingen kennen geen geheimen meer voor me. Ik rij van de Oostendse Tennisclub naar Zaal Zonnebloem, over Fort Napoleon en de vismijn naar zowat elke loods waar een gele TAZ-pijl staat. Ik ben niet de enige. Het krioelt hier van de blije fietsers op hun rood-gele gratis fietsen. Na een tijdje haal je ze er zo uit, de festivalgangers. Eerst aan hun zoekende blik, dan aan hun programmablaadjes en nu… omdat we mekaar overal tegenkomen. Wie ik voortdurend ontmoet in verduisterde zalen op zonnige dagen is Caroline Gennez. Jep, het s.pa-boegbeeld. Ze is heel aanwezig, kiest er alle toppers uit en geeft tegen haar vriendinnen ook nog commentaar. Zou ze bij Vande Lanotte op bezoek gaan, vraag ik me af. Soms knikt Caroline, vast omdat ze haar pr wil oefenen want kennen doen we mekaar niet. Ik graaf al een paar dagen in mijn geheugen wat ik in columns ooit aan minder fraais over haar schreef. Maar ondertussen vind ik het toch sterk dat een zogenaamde toppolitica op vakantie gaat in eigen land en dan nog de cultuurkaart trekt. Goede punten. Nu hoor ik hier de betere TAZ-tooghangers dit fenomeen wel verklaren als ‘ze zit in de Raad van Bestuur van ’t Arsenaal’. Blijkt zo te zijn, maar dan nog. Joke Schauvliege  is minister van cultuur, bovendien woont ze niet eens ver af, maar tot nu toe is ze spoorloos. Ik hou jullie op de hoogte.

Iemand die ik columngewijs ooit wel een veeg uit de pan toediende, was theatermaker Stijn Devillé van Braakland/Zhebilding.  Oud zeer, hij had jaren geleden een theaterstuk in de steigers staan waarvan de helft gebaseerd was op schrijfsels van de oerjournaliste Oriana Fallaci. Eigen aan haar drive had ze zich zelfs geëngageerd om er zich persoonlijk mee te bemoeien. Maar plannen zijn dingen die je maakt als bezigheidstherapie in afwachting van je noodlot. Fallaci lag met terminale kanker aan haar bed in New York gekluisterd en moest forfait geven. Devillé kreeg in De Morgen een slordige 4000 tekens om als een verwend jongetje te zitten zeuren over hoe vreselijk dit voor Braakland/Zhebilding wel was. De kostuums waren al af, en haar ziekte zorgde voor werkloosheid onder de acteurs. Ik hield hem voor een man die het begrip prioriteiten niet helemaal vatte.

Maar goed, gisteren dus naar de NMBS loods gefietst waar zijn productie ‘Hitler is dood’ speelde. Ter plekke merkte ik pas dat we drie uur gegijzeld zouden worden, en dat voor een verhaal waar we de afloop reeds van kennen. Stiekem hoopte ik na het eerste deel verbolgen om zoveel theatrale onzin te kunnen weglopen. Maar niets was minder waar. Ik heb genoten van elke minuut. Devillé was erin geslaagd om uit de veelheid van historische bronnen een stuk te distilleren dat 180 minuten boeide. De uitmuntende acteerprestaties van onder andere. Rik Van Uffelen, Kris Cuppens, Dirk Buysse en ook Warre Borgmans hebben daar zeker mee te maken. De soundtrack van Rudy Trouvé ook. Veel volk op de scène, maar toch sober geënsceneerd teksttheater.  Intelligent, want in deze versie van het naziproces in Nürnberg gaat niemand  vrijuit. De beperktheid van het menselijk vermogen om de verstrekkende gevolgen van onze subjectieve beslissingen bij voorbaat te overzien, stemt tot nuchterheid. Zo niet tot depressie. Menselijk falen, op alle fronten, gedoemd om zich te herhalen.

Ik zat even te piekeren hoe ik deze productie zinvol in het ‘migratie/identiteit’-thema gepast kreeg.  De Jodenhaat met uitbreiding naar vreemdelingenhaat op zich zou wat te makkelijk zijn. Maar dan vat de oud-bondskanselier die de coalitie aanging met de Nationaal Socialisten zijn verdediging aan.  Zijn keuze tussen de grootste partij uitsluiten en hiermee de democratische grondwet overtreden en riskeren dat ze onrechtmatig de macht claimen of hen opnemen in de regering, is zeer actueel. Wanneer hij de jonge Britse aanklager voor de voeten werpt dat hij net dezelfde keuze had kunnen maken, of dat de geallieerden eerder hadden kunnen optreden, moeten we toegeven dat de geschiedenis geschreven wordt door de overwinnaars. Maar zijn die er wel? In Oostenrijk heeft men met Haider net hetzelfde risico gelopen, alleen was wellicht de wanhoop van het volk niet groot genoeg om hem daarna nog sterker in het zadel te helpen.

Zelfs zonder al teveel voorkennis is de voorstelling goed te volgen, zij het wellicht wat abstracter. Wanneer Speer de volle verantwoordelijkheid neemt voor de werkkampen waar niets minder dan dwangarbeid werd verricht, moet ik slikken. Ik denk aan het sigarenkistje dat ik thuis bewaar met daarin het Duitse werkpasje van mijn vader, de voedselbonnen en zijn brieven aan het thuisfront. Hij was twintig of zo, net gehuwd met mijn moeder en weggevoerd. Drie jaar lang werd hij ergens gegijzeld diep in Duitsland. Later kreeg hij er een klein oorlogspensioentje voor.

Wanneer Goering er op drukt dat de jonge snaken van het tribunaal moeten beseffen dat ze met historische figuren te maken hebben, heeft hij half gelijk. We moeten eindelijk beseffen dat we ooit allemaal historische figuren zijn, hoe klein onze rol ook lijkt. Want collectief nietsdoen kan zeer verstrekkende gevolgen hebben.

Wees gerust, ik ben er niet somber van geworden. Dat is nu het goede van Oostende dat je een kwartier na het applaus alweer vrolijk door de stad fietst. Op naar de volgende garnaalkroket of voorstelling.

Tot hier en niet verder,

(groeten van Caroline)

Chris

Vertel het verder: