Deze website wordt niet langer ondersteund in Internet Explorer. Update hier je browser voor een betere ervaring.
Vamba Sherif laat, via een verwijzing naar Moby-Dick, een keizerlijke stem opklinken: ‘Noem me Constantijn’. Geheel in renaissancistische traditie is de grote staatsman hier herboren als ‘een eenvoudige sterveling’ die bovendien ‘jaloers op Jezus Christus’ is. De spanning in deze tekst komt voort uit een interessant gedachte-experiment. Wat als Constantijn niet de eerste christelijke keizer was maar in plaats van het kruis ‘de maansikkel’ had gekozen?
Noem me Constantijn, zo bespaart u zich de lange rij titels die ik in de loop der jaren heb verzameld. Historici wedijveren in hun pogingen me met loftuitingen te overladen, hoewel ik door geen enkel huldebetoon exact word beschreven. Eerlijk gezegd was ik een eenvoudige sterveling, die geloofde dat hij enige structuur kon aanbrengen in een chaotische wereld. Dat ik aan de macht kwam, was niet alleen aan mijn ouders te danken – mijn vader is een tijdlang caesar geweest en mijn moeder kreeg de titel van keizerin – maar vooral aan mijn sluwheid en mijn inzicht in de werking van het Romeinse Rijk.
Ik ben de man van de vele visoenen. Maar de meesten onder u kennen me vanwege een enkel visioen. Op een zonnige dag zou ik een geschreven zin in de blauwe lucht hebben zien staan: In hoc signo vinces – in dit teken zul je overwinnen. Ik was inderdaad een van de eersten die de macht van het kruis onderkenden, zelfs zonder visioen: het idee dat het leed van één man de pijn van de hele mensheid kon voorstellen. Ik was jaloers op Jezus Christus, omdat hij al die tijd na zijn dood tot zulke hoogte werd verheven. Wij, Romeinse keizers, werden uit angst vereerd. Ik overleefde ettelijke aanslagen op mijn leven. En hier had je iemand, wiens dood de dood van de hele mensheid symboliseerde.
Het zwaard dat ik in mijn hand houd, werd vervaardigd door een van de beste smeden uit mijn rijk, en het is niet bedoeld om je neer te sabelen. Het is bedoeld om Martinus, de erg knappe, haast vrouwelijke jongeman, tot ridder te slaan, de Romeinse soldaat die op een dag heilig werd verklaard omdat hij de helft van zijn mantel met een bedelaar had gedeeld.
'Ik zag hoe mijn stad werd veroverd en bevolkt door mensen die een ander symbool vereerden: de maansikkel'
Maar kijk ’ns naar de minutieuze weergave van mijn uitrusting, naar de niet aflatende inspanningen van de kunstenaar om me tot de rang van een hemels wezen te verheffen. Het moet hem maanden van intensieve arbeid hebben gekost; en telkens als hij de achtergrond bijschilderde, de mensen om me heen, moet hij zich een ziener hebben gevoeld, een
man die zich scherp bewust was van zijn eigen macht, zoals ik me van míjn macht bewust was op de dag dat ik tot keizer gekroond werd. Overal spreekt pure vreugde uit.
Dezelfde macht voelde ik wanneer ik door de straten van Constantinopel liep, de stad die naar mij werd genoemd. Dat brengt me bij een van de meest gedetailleerde, maar ook minst bekende van mijn visioenen. In feite was het een droom. Ik zag hoe mijn stad werd veroverd en bevolkt door mensen die een ander symbool vereerden: de maansikkel. Ze overschilderden de kerken met hun eigen afbeeldingen, ze herdoopten alle plaatsen, ook mijn stad. Zij wordt nu Istanbul genoemd, een naam die mijn inspanningen tenietdoet.
Jullie kennen de maansikkel vast, want de mensen die hij nog altijd vertegenwoordigt, vind je overal in mijn stad, net als in die van jou trouwens. Je moet sommigen van ze tegen het lijf zijn gelopen, vriendschap met ze hebben gesloten of met ze hebben gebotst.Soms vraag ik me af wat ik zou hebben gedaan als beide symbolen al in mijn tijd bekend waren geweest en ik de kans had gekregen voor één ervan te kiezen. Op welk symbool zou mijn keus zijn gevallen, en wat zou dat voor de wereld hebben betekend?
Vertaald uit het Engels door Katelijne De Vuyst.
Vamba Sherif (1973) is in Liberia geboren en deels in Koeweit en Syrië opgegroeid. Hij heeft verschillende romans geschreven, zoals De Zwarte Napoleon, Het koninkrijk van Sebah en Het land van de vaders. Zijn werk verscheen o.m. in het Engels, Frans, Duits en Spaans. Hij is ook bekend vanwege de bloemlezing Zwart. Afro-Europese literatuur uit de Lage Landen.