Deze website wordt niet langer ondersteund in Internet Explorer. Update hier je browser voor een betere ervaring.

Nietzsche van Caroline van Keeken | Winnaar Het Rode Oor 2019

Tijdens een simultane finale op 30 april in Antwerpen en Amsterdam riep het publiek Nietzsche van Caroline van Keeken uit tot het beste erotische verhaal. In het kort: vrouw concurreert met Nietzsche om de aandacht van haar bedgenoot. Spoiler alert: haar lijf haalt het van de beroemde filosoof. Hier lees je het hele verhaal.
Door deBuren op 3 mei 2019
Podcast
Tekst
Literatuur & taal
Het Rode Oor

Hieronder kan je Nietzsche van Caroline van Keeken beluisteren of lezen.

Nietzsche

 

We liggen in bed. En het regent. Niet omdat het in dit soort verhalen altijd regent, maar gewoon, omdat het de hele dag al in de lucht hing. Je zegt dat je het gezellig vindt, zo, samen. Die regen buiten, en wij dan binnen. En dat dit precies is wat je wilt. En ik ook, toch?

 

Uhu, zeg ik.

 

Jij leest de biografie van Nietzsche. Al heel lang. Al zeker een paar weken. Het is alsof je niet wilt uitlezen.

 

Ik leg mijn boek weg, draai me op mijn zij.
‘Wat lees je?’ vraag ik.

‘Het gaat over Nietzsche,’ zeg jij.

Ik rol met mijn ogen, maar dat zie je niet want je leest. Al ruim een uur.

Je legt je boek neer.

‘Wat?’ zeg je.

‘Niks.’

 

Ik kom wat dichter bij je liggen, leg mijn hand op je been, zoen je zachtjes in je nek.

 

‘Is het interessant?’ vraag ik.

‘Die Nietzsche hè. Dat is zo’n tragisch verhaal. Hij wilde niets liever dan trouwen met Lou Salomé. Maar zij niet met hem. En daar is hij nooit overheen gekomen.’

 

‘Zielig ja,’ zeg ik.

 

Ik lig tegen je aan, sla mijn been om dat van jou heen, glijd met mijn hand van je bovenbeen naar je borst, blijf je zoenen in je nek.

 

‘Hij zwoer toen de liefde maar helemaal af. Als je alleen was, kon je tot diepgaandere gedachten komen, besloot hij.’

 

‘O ja,’ zeg ik.

 

Ik bijt zachtjes in je oorlel, lik een beetje. Ik streel je borst, je buik, de binnenkant van je benen.

 

‘En jouw boek?’ vraag je.

‘Uit,’ zeg ik.

 

Ik wrijf over de bult in je onderbroek, zacht eerst, dan wat steviger. Je zucht diep, maar dat zou ook kunnen zijn vanwege weer een nieuw dieptepunt in het leven van Nietzsche. Ik glijd met mijn hand onder het elastiek van je onderbroek, pak je vast. Het gezucht komt niet door een nieuw dieptepunt in het leven van Nietzsche. Dus ik ga door. Ik beweeg mijn hand traag heen en weer, versnel als je dieper zucht, harder wordt, opzij kijkt. ‘Nee, nee,’ zeg ik, ‘lees vooral door.’

 

Ik zak naar beneden, onder de deken, kus de binnenkant van je dijen. Ik zoen je, ik lik je. Ik laat mijn tong langzaam over je heen glijden. Je zucht, en je kreunt als ik je in mijn mond neem, terwijl ik je aftrek. Ik ga steeds iets sneller, steeds iets harder, steeds iets dieper. Ik hoor hoe Nietzsche op de grond valt, ik hoor je ademhaling, en hoe je met je handen in het dekbed grijpt. 

 

‘Schatje,’ zeg je. En nog iets onverstaanbaars. Ik voel hoe alles zich aanspant, hoe je kreunt, hoe je hijgt, en hoe je, ineens, heel even, geen enkel geluid meer maakt. Je schokt, je spant, je ontspant, je komt. Ik blijf even liggen, voordat ik weer boven kom. Ik leg mijn hoofd in de holte van je schouder en je nek.

 

‘Hé,’ zeg ik, ‘vertel nog eens verder, over Nietzsche.’

...

‘Lief?’

 

Ik richt me op, kijk je aan, maar je kijkt niet terug, want je slaapt. Ik pak Nietzsche op van de vloer, sla de deur van de slaapkamer dicht in de hoop dat je wakker wordt, en loop dan naar de woonkamer.

 

En daar wacht ik. Op de bank. Met jouw boek. Niet dat ik lees. Ik wacht. Op dat je wakker schiet, mij komt zoeken, je schuldig voelt, en - 

 

‘Hé,’ zeg je. ‘Ben je lekker aan het lezen?’ Je lacht. ‘Je dacht toch niet dat ik sliep?’

 

Je komt naast me zitten, duwt me achterover, trekt aan de knoop van mijn ochtendjas. Ik voel je lippen, je tong, je vingers, die mijn haar naar achteren trekken, en die over mijn borsten glijden, mijn tepels vinden, zacht knijpen.

 

‘Is dit,’ zeg je, ‘wat je wilde?’

 

Je bijt in mijn tepels, vindt je weg omlaag, zoent alles wat je tegenkomt, bijt in mijn dijen, glijdt met je tong over mijn huid, achter je vingers aan, die steeds iets opschuiven. Ik open mijn benen voor je, voel je warme adem, je tong en je vingers in mij.

 

Je likt me, en je likt me, en je likt me. Ik hijg, ik wil niet dat het voorbij gaat, ik wil je voelen, heel diep in mij. Ik trek je omhoog, en we zoenen weer. Ik omklem je intussen met mijn hand, waar je in op en neer beweegt, totdat je het niet meer houdt.

‘Ik wil je,’ zeg je, voordat je in mij stoot. ‘Je voelt zo,’ zeg je, ‘nat.’ Je vingert me, terwijl je in mij duwt, je vingert me totdat ik klaarkom, en dan jij ook.

 

En zo liggen we. Een tijdje. ‘Kom,’ zeg ik, ‘ga je mee? Gaan we slapen.’

‘Ja,’ zeg je, ik kom zo. ‘Nog één hoofdstuk.’

 


Organisatie: deBuren, Stichting Nieuwe Helden en De Nieuwe Liefde. Het Rode Oor is onderdeel van het project Yes, please!, een initiatief van Stichting Nieuwe Helden in co-productie met deBuren en in samenwerking met De Nieuwe Liefde, Compagnietheater, Marres Maastricht en HKU.

Vertel het verder: