Deze website wordt niet langer ondersteund in Internet Explorer. Update hier je browser voor een betere ervaring.

Venezuela, een grap?

'Venezuela is één grote grap. Kijk maar naar wat de buitenlandse media berichten: er is geen toiletpapier, de condooms zijn op, geen siliconen voor borstvergrotingen meer te verkrijgen … We lachen alles weg. Dat liever dan huilen, toch?'
Door Marianne Cap & Saar Fivez op 9 mei 2016
Tekst
Politiek & samenleving

Marianne Cap en Saar Fivez (samen theatergezelschap Moeder Eik) trokken in de lente van 2014 naar Venezuela om een nieuw project voor te bereiden, net toen er een woelige periode uitbrak in het land. Ze schreven een reeks columns voor deBuren over hun avontuur. Deze zomer keerden ze terug om de documentaire te tonen die ze er maakten.

Venezuela, een grap?

Liever lachen dan huilen
'Venezuela is één grote grap. Kijk maar naar wat de buitenlandse media berichten: er is geen toiletpapier, de condooms zijn op, geen siliconen voor borstvergrotingen meer te verkrijgen … Er wordt gemakkelijk meewarig gedaan over ons land. Toegegeven, we helpen er zelf ook niet echt aan mee. Wij lachen heel veel weg. Dat is onze manier om met de situatie om te gaan. Dat liever dan huilen, toch?!' Zo verduidelijkt een vriend in Mérida de duale berichtgeving die over Venezuela bij ons doorsijpelt. Want ofwel zijn de weinige berichten onheilspellend (moord, corruptie …) ofwel net heel komisch.

Wij lachen ondertussen zelf een beetje groen als we onze zak maken om voor het derde jaar op rij naar Venezuela te gaan. Aangezien we het land een beetje beginnen te kennen, nemen we onze voorzorgsmaatregelen: toiletpapier, zeep en afwasmiddel importeren we vanuit België want die zijn er onvindbaar of extreem duur. Als cadeaus nemen we, naast chocolade en bier (daar doe je nergens en nooit verkeerd mee), ook suiker en bloem mee.  We zijn benieuwd naar de situatie van het land op dit moment, kijken er naar uit om vrienden terug te zien, te genieten van de warmte van de mensen en het tragere ritme – tranquilo mami – maar zijn ook bang voor wat we zullen aantreffen. Kan het nog veel slechter geworden zijn?



Een goed oog hebben we er alleszins niet in.

Voor ons vertrek vielen we bijna omver van de wisselkoers. Vorig jaar wisselden we op de zwarte markt 100 bolivares voor één euro (in 2013 was het nog 36), nu krijgen we er 750 bolivares voor. We merken al snel dat alles, van een empanada con carne mechada tot een taxirit, zo’n 3 à 4 keer duurder is. De lonen zijn daarentegen amper gestegen. Voor heel wat mensen is het leven dus hondsduur geworden.


Een minimumloon bedraagt nu rond de 7000 bolivares. Ter vergelijking: een fles olijfolie kost gemakkelijk de helft, voor een diner met twee betaal je zo’n 2000 bolivares en een nieuwe autoband kost algauw 40.000. Deze cijfers zijn hallucinant en moeilijk te geloven, maar helaas voor de Venezolaanse bevolking, de harde realiteit.

De wachtrijen voor de winkels zijn nog steeds talrijk aanwezig. Vroeg in de ochtend komen we een rij tegen die twee blokken verder nog niet eindigt. Mensen die geen tijd hebben om aan te schuiven, zien zich genoodzaakt om producten op de zwarte markt te kopen. De verkopers, zogenaamde bachaqueros, vragen voor de schaarse producten het vierdubbele van de prijs. De overheid probeert deze nieuwe tendens hardhandig de kop in te drukken, maar dat is vaak tevergeefs.

Niet verwonderlijk dat de brain drain, die al jaren geleden werd ingezet, nu groter is dan ooit. Wie de mogelijkheid heeft, verlaat het land.
'Vroeger, toen ik studeerde, gingen wij naar het buitenland om bij te leren en om die kennis te gebruiken in eigen land. Omdat we hier iets wilden doen. Ik had dromen voor Venezuela. Nu merk ik dat ik die dromen hier niet meer kan waarmaken. De meesten van mijn vrienden trokken ondertussen weg.' Dit zegt diezelfde vriend die daarnet nog smalend over zijn eigen land deed, nu met de tranen in zijn ogen. Venezuela mag dan voor velen een grap zijn, voor hen die er wonen is het bittere ernst.

 

 

Censuur
We zijn hier echter niet enkel voor een grondige analyse van het land, noch als vakantiegangers, er moet ook nog hard gewerkt worden: de laatste schoonheidsfoutjes van LA PUERTA - onze documentaire van en met de jongens van het Don Bosco-tehuis in Mérida - worden weggewerkt, zodat we het resultaat kunnen tonen aan de Venezolaanse bevolking.

Het is frappant hoeveel toegankelijker sommige instanties zijn dan de Belgische tegenhangers: we geraken vlot binnen bij de radio om de documentaire te promoten, het kabinet van cultuur schaart zich achter de première en een filmfestival voor kinderen nodigt ons uit als special guest.
Toch loopt niet alles van een leien dakje, zijn technische installaties niet makkelijk te vinden en kent Venezuela heel goed het ‘kastje-naar-de-muur-principe’ voor sommige zaken waarvoor toelatingen moeten worden geregeld.

Zo is het televisiestation TAM (Televisora Andina de Mérida) heel enthousiast over onze documentaire en willen ze die graag uitzenden. Daarvoor hebben we de toestemming nodig van de vertegenwoordigers van de kinderen. Logisch, denken we, maar na een bezoekje aan de instantie die waakt over de rechten van het kind, keren we gedesillusioneerd terug. Blijkbaar zijn we met onze documentaire ook nog onderhevig aan een andere wet die verbiedt geweld te tonen op tv.

De eerste beelden van LA PUERTA zijn immers een verslag van de hevige protesten van vorig jaar. Die waren onder andere een uiting van het ongenoegen in verband met de criminaliteit, schaarste, inflatie … en mondden uit in gewelddadig protest. We zien nu dat die maandenlange protesten en gebarricadeerde straten weinig verandering hebben gebracht. Heel wat mensen hopen dat dit wel zal gebeuren door de verkiezingen op 6 december. Die worden georganiseerd voor de samenstelling van de Asamblea Nacional, de wetgevende macht. Sommigen geloven dat , als de oppositie wint, de macht verdeeld zal worden en de overheid zo niet meer alles in handen heeft. Ondanks het tanende succes van president Maduro zijn er ook heel wat sceptische stemmen te horen. Het ontbreekt de oppositie aan een leider die de steun van het volk wegdraagt. Het blijft dus (bang) afwachten tot december.

De beelden van de protesten kunnen helaas niet door de beugel voor de televisie, hoewel ze vorig jaar wel welig tierden op sociale media. Men suggereert om alle beelden van de opstanden eruit te knippen. Worden we nu echt gecensureerd?!
Dan maar zonder televisie, redeneren we stoïcijns kalm, en we genieten van de verschillende vertoningen in de stad en het zeer enthousiaste publiek.

'Dát is nu eens Venezuela!'
En nu zitten we hier, op onze laatste avond, op een terras met een typisch Venezolaans Polar-biertje voor onze neus.

Onze vrienden geraken op dreef na de 'Venezuela is een grap'-uiteenzetting. Als we dieper op de problematiek ingaan, voelen we duidelijk de pijn en het verdriet over hun land, maar meestal zit die verstopt onder een vrolijke façade. 
We moeten naar een filmpje kijken van een Venezolaanse stand-up comedian, zodat we de cultuur nog wat beter begrijpen. Hij schetst het verschil tussen een Venezolaan in het buitenland en een Venezolaan in z’n eigen land. De eerste zet hij neer als een ietwat norse, serieuze en ongelukkige man: 'Alles gaat goed, ik heb een huis, ik heb alles wat ik nodig heb, en het is hier veilig.' De tweede vertelt al lachend dat z’n auto gestolen is, z’n vrouw verkracht, et cetera …
Onze vrienden liggen in een deuk: 'Dát is nu eens Venezuela!' Wij lachen mee, maar vragen ons af of het wel zo'n goeie grap is.

EXTRA

Beluister het interview met Saar Fivez in De Ochtend op Radio 1 (07.03.2014).

*  Lees ook over de voorbereidingen van Marianne en Saar:

*  Venezuela 2014:

Vertel het verder: