Deze website wordt niet langer ondersteund in Internet Explorer. Update hier je browser voor een betere ervaring.

Speech Battle 2014 | Finalist Dries Cools

Burgers, Europeanen, misschien ben ik nieuw voor u ...
Door Dries Cools op 14 mrt 2014
Tekst
Politiek & samenleving
Literatuur & taal
Speech Battle

In het kader van het festival Politricks vond op 13 maart 2014 in een volgepakt Beurskafee de eerste Speech Battle plaats.

De teksten van de finalisten werden anoniem voorgelezen door een actrice Caroline Meerschaert en becommentarieerd door professionele speechwriters Luuk van Middelaar en Vincent Stuer. Het publiek stemde voor de toespraak van Anton Maertens. De runners-up waren Dries Cools, en de 18-jarige Louise Willocx.

 



Burgers,
Europeanen,

Misschien ben ik nieuw voor u. Dat kan best kloppen, want ik bén nieuw. Nieuw in dit bedrijf. Nieuw in de Europese politiek.

Vijf jaar zal ik voorzitter van de Europese Commissie zijn. Vijf jaar, waarin feiten politieke agenda’s in de war zullen sturen. Maar hoe moeilijk te voorspellen de toekomst ook is, ik weet één ding: Ik ben een Europeaan en ik heb Europa lief. Ik heb een Ethiopische moeder en een Deense vader en ben opgegroeid in Frankrijk en Denemarken. Tegen de stroom van toenemend nationalisme in, zeg ik u hoezeer ik gehecht ben aan Europa. Ik kan niet anders. Europa zit in mijn aderen. Zonder een Europa van gelijke kansen stond ik hier niet. Zonder een Europa van vrijheid en democratie was ik nooit kunnen zijn wie ik ben vandaag.

Toch wil ik niet dromen om het heden te ontkennen. Want we kunnen de toekomst wel degelijk vorm geven. Ook ik zie de lange rijen werklozen in de straten van Madrid. Ook ik zie, op het asfalt van de bedrijfsparking, de ontslagen Franse metaalarbeider, vol zorgen voor de toekomst van zijn drie kinderen. Ook ik zie, aan de poorten van Fort Europa, de radeloze Malinese migranten, op zoek naar een beter bestaan.

Ook al trekt de economie weer voorzichtig aan, angst voor de toekomst is overal. Maar wij, Europese politici, mogen van vrees niet de inzet maken van het politiek debat. Niets zou makkelijker zijn, maar ik doe niet mee. Aan zij die weer beschotten willen optrekken tussen landen en tussen mensen, tussen Roemenen en tussen Britten; tussen Duitsers en Grieken, zeg ik: Niet met mij.

Het Europa dat ons vrede en welvaart bracht na de Tweede Wereldoorlog, was gebouwd op durf. Politici staken hun nek uit; ruilden nationaal eigenbelang in voor Europese samenwerking, in het belang van eenieder. Vandaag moeten we terug naar die originele inspiratie van Europa. Vandaag, anno 2014, wil ik met u mijn nek uitsteken. 

Niet door roekeloos te zijn en te ontkennen wat al gebeurd is. Heel wat werk werd de afgelopen jaren verzet. Met dank aan José Manuel Barroso, met dank aan de 28 lidstaten, met dank aan Herman Van Rompuy en ja, met dank aan het Europees Parlement.

Een opsomming zou me te ver voeren, maar laat me even dit zeggen. Sinds een aantal jaren houdt Europa écht toezicht op onze begroting. Dat is goed zo, want we kunnen de facturen van vandaag niet doorschuiven naar morgen. Vanaf november gaat de Europese Centrale Bank toezien op de Europese banksector. Dat is nodig, want nationale toezichthouders konden vaak geen vuist maken tegen transnationale banken.

Burgers,

Europa heeft lessen getrokken uit de financiële crisis. Europa is de eurocrisis te boven gekomen. Met koelbloedigheid en visie. Maar er is meer nodig. Meer dan een agenda van economische noodzakelijkheid.  Meer dan een agenda van centen en cijfers.

Europa moet menselijker. Ik heb drie prioriteiten voor Europa.

Eén: ik wil een sociale agenda voor Europa. We beginnen er meteen aan. Nog vóór de zomer wil ik een voorstel neerleggen voor een Europees minimumloon. Ja, bedrijven moeten tegen gelijke voorwaarden met elkaar kunnen concurreren. Maar concurrentie tussen landen en bedrijven beneden een sociale minimumgrens, kan niet. Daar is geen plaats voor in Europa. Meer over zo’n minimumloon, dat rekening houdt met productiviteitsverschillen tussen lidstaten, zal u horen in juni. Het is de eerste stap van mijn sociale convergentieagenda. U mag mij daar aan houden.

Twee. Ik wil de economische hervormingen die de jongste jaren begonnen zijn, afwerken en versterken. Europa is gebouwd op vrij initiatief en moet dan ook in de toekomst blijven. Laat ons de strijd aangaan met administratieve overlast. We kunnen er niet langer omheen: de EU heeft last van regulitis. Onnodige regulering moet weg.  Investeringen in innovatie, wetenschap en onderwijs moeten naar omhoog. En het vrijhandelsverdrag met de VS moeten we volgend jaar kunnen ondertekenen.

Drie. Ik wil Europa internationaal op de kaart plaatsen. Europa moet een factor voor vooruitgang zijn. Een factor voor menselijkheid die grenzen overschrijdt. Oekraïne, Tunesië, Egypte: landen in onze nabije omgeving met aspiraties voor meer democratie. Landen die democratie opzoeken, moeten we een betere toegang tot onze markt geven. En we moeten hen expertise geven in het uitbouwen van democratie en een sociale markteconomie. We moeten dat doen omdat het onze plicht is. Enkel met een stabiele en welvarende omgeving zal de druk op onze grenzen afnemen. Enkel zo kunnen we de beelden van de drenkelingen op de kusten van Lampedusa naar het verleden verbannen.

Europa moet met een stem spreken met zijn buren en zijn partners overzee. Ik besef maar al te goed dat Europa gebouwd is op trotse natiestaten met een lang verleden. Maar ik weet ook dat de wereld enkel zal luisteren als Europa met een stem spreekt. Ja, ook met Rusland. Vandaar dat we, met de nieuwe Hoge Vertegenwoordiger voor Buitenlands Beleid, een gedetailleerde Oost-strategie zullen uitwerken tegen eind april. We moeten onze energiebevoorrading kunnen verzekeren zonder te moeten ingeven op de waarden die Europa vorm geven: vrijheid en democratie. Opnieuw: dat kan enkel als we aan hetzelfde zeel trekken.

Dat zijn mijn drie prioriteiten. Drie prioriteiten voor een sociaal rechtvaardig, economisch vrij en internationaal sterk Europa. We hebben vijf jaar. Vijf cruciale jaren. Beslissen we om Europa terug te schroeven en een losse club van ruziënde landen te worden die steeds meer aan relevantie verliest? Of beslissen we onze kleine meningsverschillen aan de kant te zetten en de wereld met opgeheven hoofd aan te kijken? Dat is de keuze waar we voor staan.

Vaak hoor ik angstige stemmen die beweren dat Europa niet zou meekunnen in een snelle geglobaliseerde wereld. Ik geloof dat niet. Europa heeft alle elementen om de strijd aan te kunnen: politieke vrijheid, sociale rechtvaardigheid en economisch vrij initiatief. Wie dat niet heeft, streeft ernaar. Waarom zouden wij datgene opgeven waar anderen naar streven? Alleen moeten we ons model aanpassen aan de tijden waarin we leven. Met de nodige doortastendheid. Met het nodige geloof in de waarde van ons model.

Europa zal meerennen. Meer nog, Europa zal de pas aangeven. Het zal de pas aangeven voor zij die op zoek zijn naar een betere wereld.  Binnen onze grenzen en buiten de grenzen.

Dat is mijn ambitie.  Aan de slag.

Ik dank u.


Auteur: Dries Cools, adviseur kabinet minister Koen Geens (Financiën) | lid Jong CD&V

 

 

Vertel het verder: