Deze website wordt niet langer ondersteund in Internet Explorer. Update hier je browser voor een betere ervaring.
Op 2 maart beleefden we in Vrijstaat O. de (voorbarige) uitvaart van Liesbeth List tijdens een drukbezochte aflevering van onze reeks IM. Annemarie Oster sprak een in memoriam uit en wijdt daar twee columns aan in de Volkskrant die wij hier mogen overnemen. Deel één leest u via deze link, deel twee hieronder. De podcast van 'IM: Liesbeth List' beluistert u hier .
Enige tijd geleden logeerde ik een nachtje in Oostende. In het illustere gezelschap van Liesbeth List.
Voor de nieuwsgierige lezer: wij verbleven in aparte kamers. Een beetje vedette heeft recht op afzondering. In de auto hadden wij elkaar al vier uur lang de oren van het hoofd gepraat, vervolgens onafgebroken aan tafel, daarna indringend in de lift naar de zesde ‘verdiep' en tot slot nog even voor onze respectieve deuren. Nog maar al te goed herinnerde ik me hoe in vroeger jaren, wanneer een vriendinnetje ‘mocht blijven slapen' zo'n dialoog tot diep in de nacht werd voortgezet. En op een bepaalde leeftijd wil je rust, zeker met een ‘In Memoriam' in het verschiet.
Onder het motto ‘wie droomt er niet van om op haar eigen begrafenis aanwezig te zijn'? zou mijn vriendin-de-zangeres die zondagmiddag in het zonnetje worden gezet met een fictieve afscheidsrede. Daarvoor had ze mij gevraagd. Op mijn toespraak volgde dan een vraaggesprek met de in België beroemde brunette Anna Luyten: ‘Wat betekende leven en werk voor u? Hoe zou u herdacht willen worden?'
Deze macabere queeste ging plaatsvinden in Vrijstaat O., een ‘cultuurcentrum' op De Dijk, ‘pal aan zee'.
Maar waren wij wel in Oostende? Dat vroegen wij ons ‘s ochtends af toen we uit onze hotelkamerramen neerkeken op de volgestouwde stad. En zo ja, was dit wel een badplaats? Geen glimpje zee te bekennen. Wel veel lelijke huizen. Waar bevond zich de vergane glorie-op-niveau waarvan Charlotte Mutsaers (de Nederlandse Tante Sidonia) in haar geschriften altijd zo hoog opgeeft?
Maar dat ontdekten we later die ochtend op een oriënterend voettochtje naar het quasi-mortuarium. Een prachtig brede kust! Met een al even genereuze boulevard: De Dijk, waarop trossen zondagjesmensen flaneerden. Of liever, tegen de straffe Noordenwind optornden.
Weliswaar bracht Liesbeth haar jeugd door op Vlieland en woonde ik jarenlang aan Neerlands smalle kust, maar terug in het hotel voor de finale verkleedpartij besloten we, uit vrees voor opwaaiende haarstukken, ons toch maar door een taxi af te laten zetten tot vlakbij het standbeeld van Leopold II (1835-1909). Daar ook bevindt zich Vrijstaat O. Het romantische gebouwtje met uitzicht op zee maakt deel uit van de gaanderijen die begin 20e eeuw zijn gebouwd in opdracht van ‘...de vorst', zo lees ik op internet in "Een nostalgische blik op Oostende", ‘aan wie deze stad het meest heeft te danken, die er voor heeft gezorgd dat zij kon uitgroeien van een onooglijk armoedig dorp tot een mondaine wereldstad. Dank zij Leopold werden in 1865 de vestingmuren gesloopt en de toegangswegen tot dijk en strand verbeterd. Ook liet hij er een koninklijke residentie bouwen die de faam van Oostende nog verder deed uitvloeien'.
Hoe Oostendes hooggeplaatste weldoener heeft huisgehouden in de Congo wordt wijselijk achterwege gelaten maar daar is ook niets nostalgisch aan. Jaren geleden zag ik het koningsdrama ‘Het leven en de werken van Leopold II' van Hugo Claus waarin de wandaden van deze machtswellusteling ruimschoots aan de orde komen. Wel werd Claus later ridder in de orde van ... Leopold II! Zelf zal hij daar ongetwijfeld hartelijk om hebben gelachen.
Een andere beroemde Oostende-bewoner was soulzanger Marvin Gaye die er begin jaren tachtig enige tijd verbleef. Toen wist hij nog niet dat hij een paar jaar later door zijn eigen vader zou worden doodgeschoten. Jammer, een In Memoriam zit er niet meer voor hem in. Daarvoor moet je nog in leven zijn.
Eerdere prestigieuze ontslapenen waren onder anderen Adriaan van Dis die een lijkrede uitsprak voor ... Adriaan van Dis, in de gedaante van zijn vader. Ook J. Bernlef (inmiddels wel wijlen) sprak zichzelf toe, als de jazzpianist die hij had kunnen worden. Hun toespraken – en straks ook die van mij voor Liesbeth List – zijn te volgen op deburen.eu/nl/im.
Foto Annemarie Oster © Sabine Bauwens