Deze website wordt niet langer ondersteund in Internet Explorer. Update hier je browser voor een betere ervaring.

Luister naar Joke van Leeuwen

De afgelopen tijd kwamen er twee podcasts van Joke van Leeuwen online. De eerste van de lezing die ze gaf in HETPALEIS, naar aanleiding van de voorstelling DAGDAG. De tweede ter ere van de vierde Debuutprijs Het Liegend Konijn, door Joke uitgereikt aan Bernke Klein Zandvoort. Jozef Deleu, Lies Van Gasse en Klein Zandvoort zelf zijn op die opname eveneens te beluisteren. De speech van Joke van Leeuwen leest u hier.
Door deBuren op 10 dec 2013
Tekst
Literatuur & taal

De afgelopen tijd kwamen er twee podcasts van Joke van Leeuwen online. De eerste van de lezing die ze gaf in HETPALEIS, naar aanleiding van de voorstelling DAGDAG. De tweede ter ere van de vierde Debuutprijs Het Liegend Konijn, door Joke uitgereikt aan Bernke Klein Zandvoort. Jozef Deleu, Lies Van Gasse en Klein Zandvoort zelf zijn op die opname eveneens te beluisteren. Lees hier de speech van Joke van Leeuwen terug:

 

Een debuutprijs is een fraai initiatief. Een deur naar een wereld waarin je een rol wilt spelen. Naarmate we ouder worden schuiven we steeds een eindje op en zien tot onze vreugde nieuwe dichters aantreden, verrassend nieuw, anders en uitdagend. Kom erbij, maar ga vooral je eigen weg.

De Franse filosoof Emile-Auguste Chartier zei dat wanneer we de waarde van een kunstwerk willen beoordelen, we ons niet moeten afvragen hoe het van nut kan zijn, maar van welk denkautomatisme het ons bevrijdt. Dichtkunst doet aan bevrijding van denkautomatismen. Het denken wordt gekanteld, de taal wordt uitgekleed, het vanzelfsprekende wordt onvanzelfsprekend. Als lezers kijken we naar wat we allang meenden te kennen, zo goed zelfs dat we eigenlijk niet meer keken, en we kijken als nieuw. Je schrijft bijvoorbeeld over ‘Siamese kersen’ en meteen zijn ze er, de kersen die ik vroeger aan mijn oren hing, maar nu met een nieuwe verwoording.

Ik las dat je aan de Rietveld academie hebt gestudeerd, en daar met de combinatie van tekst en beeld bezig was. Dat is zichtbaar in je beeldende manier van schrijven. Je toont een geoefende blik, een kijken in beweging, niet als een fotolens maar door ogen die alle kanten op kunnen terwijl de benen daaronder ook nog eens bewegen. Het is zelfs een kijken binnenin de dingen, die daardoor niet statisch blijven, maar een wemeling zijn van botsende atomen. Beweging bevrijdt van het gearriveerd zijn, want je bent pas gearriveerd als je dood bent. Het houdt de verwondering, ook over het schijnbaar vanzelfsprekende, gaande. Je schrijft zinnen die full colour beelden oproepen, filmstills. Zoals deze: ‘Een picknickkleed hangt vlak voor het neerkomen roerloos boven het gras.’ Zo’n zin hangt vlak voor het neerkomen lichtjes te wapperen in ons hoofd, met de zon erboven en een rechthoek schaduw eronder.

Een van de filosofische werken van wijlen Cornelis Verhoeven heet Inleiding tot de verwondering. Mensen, zei hij, kunnen niet collectief in verwondering leven en de spanning van het andere verdragen. Ze willen het andere integreren of opheffen. De verwondering staat haaks op de tirannie van de middelmaat, maar is alleen mogelijk vanuit een zekere geborgenheid. Het heeft iets kinderlijks, zei hij ook, maar: ‘Dat kinderlijke is dan niet het kinderlijke van wie een kind is gebleven; het is veeleer het kinderlijke van wie een kind is geworden’.

Dit gaat niet over rudimenten, maar over verworvenheden. Over het vermogen of de intentie zijn socialisatie te bevragen en enigszins af te pellen en zich te blijven oefenen in het als nieuw kijken, de vanzelfsprekendheid te herkennen en te proberen er overheen te denken of het in zijn betrekkelijkheid te aanschouwen. Dat is wat het kan inhouden, zonder connotaties van regressie. Het is het omgekeerde van het-allemaal-wel-gezien-hebben, van het weten op de manier van dat-weet-ik-nu-wel.

Soms staat er in een gedicht van je opeens ‘een beetje’ of ‘zo’n beetje’ als een beeld wordt benaderd, alsof dat behoedzaam gebeurt. Er wordt gedacht en vermoed, het denken springt en kruipt, en wij gaan er, verrast en verwonderd, als lezers in mee. ‘Er zijn talen die meer woorden hebben voor hetzelfde landschap’, schrijf je. Jij bent een dichter die meer woorden heeft voor wat wij al dachten te kennen. Voor een tafel, een bestekla, een zomerlaken, cirkels, driehoeken. En Siamese kersen.

 

Joke van Leeuwen

Vertel het verder: