Deze website wordt niet langer ondersteund in Internet Explorer. Update hier je browser voor een betere ervaring.

Hard//hoofd: Kasper bespreekt zijn helden

Hard//hoofd is een dagelijks online tijdschrift met scheppende kunst en beschouwende journalistiek in de vorm van tekst, beeld en geluid. Elke week plaatsen wij hun beste illustraties op onze site. In het teken van de heldenwedstrijd van deBuren bespreekt Kasper van Royen zijn helden: Batman, Robin Hood, James Bond en Teun van de Keuken.
Door deBuren op 22 mrt 2012
Tekst
Literatuur & taal

Hard//hoofd is een dagelijks online tijdschrift met scheppende kunst en beschouwende journalistiek in de vorm van tekst, beeld en geluid. Elke week plaatsen wij hun beste illustraties op onze site. In het teken van de heldenwedstrijd van deBuren bespreekt Kasper van Royen zijn helden: Batman, Robin Hood, James Bond en Teun van de Keuken.

Een tijdje terug zat ik met een half oog naar KoffieMAX te kijken, het programma dat bedacht werd om de staatsgevaarlijke hysterica Myrna Goossen van de straat te houden. Opeens schrok ik op. Had ik goed gezien voor wie er bonen werden gemaald? Jawel, het was Teun van de Keuken, de programmamaker die al zo'n tien jaar met zijn norse blik een brede glimlach op mijn gezicht weet te toveren. Van de Keuken is voor mij een held, een moderne cowboy die ten strijde trekt tegen bureaucratie, bedrog en uitbuiting. Het is mij een raadsel waarom er nog geen standbeeld voor deze man is opgericht. Als iemand in de afgelopen tien jaar Nederland ten positieve veranderd heeft moet het Van de Keuken toch zijn.

Zijn invloed is op vele fronten merkbaar. Neem nou de zoetigheid die in onze schappen ligt. Op de repen van Verkade staat tegenwoordig vermeld dat het ‘fairtrade' is, geheel te danken natuurlijk aan Van de Keuken die acht jaar terug in De Keuringsdienst van Waarde zichzelf bij de politie aangaf omdat hij door het eten van chocola medeplichtig zou zijn aan slavernij. Vervolgens zette hij Tony's Chocolonely op de mark, de eerste officieel slaafvrije chocolade. Toen klonk dat nog gek, maar inmiddels is elke reep zonder zo'n keurmerk verdacht.

En in zijn nieuwste programma, De Slag om Nederland, zoekt Van de Keuken onder meer uit hoe het toch kan dat in tijden van economische crisis zoveel monsterlijke kantoorkolossen en gemeentepaleizen uit de grond blijven rijzen, terwijl andere kantoorkolossen en gemeentepaleizen doelloos worden achtergelaten. Hij roept bestuurders en projectontwikkelaars ter verantwoording voor leegstand en lelijkheid en komt daarbij vele stinkende vriendjespolitieke spelletjes op het spoor. Het levert televisie op die de ogen opent, omdat het op z'n minst je ergste vermoedens bevestigt.

Wat ik aan Van de Keuken bewonder is dat, hoe nors zijn blik ook staat en hoe vasthoudend hij ook is, hij toch altijd uiterst redelijk en beschaafd blijft. Wanneer hem bijvoorbeeld wordt gezegd dat hij ergens niet mag filmen zal hij zich, in tegenstelling tot wat men van een moderne televisieridder zal verwachten, daar niet tegen verzetten, of met een verborgen camera proberen binnen te dringen. Dat er ergens niet gefilmd mag worden zegt immers al genoeg. Hij weet - excuses voor deze kotsterm - ‘spannende televisie' te maken zonder per se de confrontatie op te willen zoeken, maar puur door nieuwsgierig te zijn naar hoe bepaalde zaken werken. En zijn nieuwsgierigheid toont nu eenmaal mechanismen die alleen kunnen werken wanneer ze verborgen blijven.

De combinatie van Teun van de Keuken en Myrna Goossen had iets onwerkelijks, bijna absurdistisch. Te midden van haar gesponsorde decorstukken vindt Goossen alles ‘ééééénig' en ‘gewèèèèldig'. Op Teun's vraag wat Myrna de lelijkste plek van Nederland vond, antwoordde ze gierend ‘daar ben ik veel te positief voor hoor'. Even werd ik bang dat het nog gezellig zou worden. Dat ik een andere kant van Teun te zien zou krijgen, de mens Teun van de Keuken, die misschien wel heel lekkere lasagne en aardige aquarelletjes kan maken. Daar wil ik natuurlijk niets van weten. Al menig superheld is mij de afgelopen jaren op deze manier ontnomen. Zo konden wij van James Bond en Batman in hun laatste paar films zien hoe zij werden wie zij zijn. Maar door de psychologisering ontstaat een ontmythologisering. Ik wil Teun van de Keuken kunnen bewonderen zonder er ooit achter te hoeven komen wie hij is. Misschien bedriegt hij zijn vrouw, misschien kan hij heel mooi panfluit spelen. Wie weet stamt hij af van slavenhouders en leeft hij zijn leven lang onder het juk van een schuldgevoel, of heeft hij ooit van zijn boomhut afscheid moeten nemen omdat het rustieke bos plaats moest maken voor een zwemparadijs. Hoe beter ik Teun van der Keuken zal leren kennen en hem begrijpen, hoe minder hij een held zal kunnen zijn.

En aan echte helden is wat mij betreft een groot tekort. Vandaar dat ik voor het gemak maar even negeer dat Van de Keuken zijn programma's helemaal niet alleen maakt, maar altijd samen met andere grote talenten. Dat ‘De Keuringsdienst' ook wel eens de plank misslaat en in de loop der jaren misschien een wat zeurderig toontje gekregen heeft. En dat Teun van de Keuken ook maar gewoon bij mevrouw Goossen aanschuift omdat hij zijn product moet verkopen. Gelukkig duurde het gesprek maar vijf minuten en was het daarna tijd voor een item over gezichtsmaskers. Ik kon weer rustig ademen. Zolang ik deze man niet hoef te kennen, kan ik hem zien als de Robin Hood, James Bond of Batman waar mijn jongenshart recht op heeft. Een superheld in een universum van kastjes en muren.

Illustratie: Tejo Verstappen

Vertel het verder: